Metaal, machinebouw en elektrotechnische industrie

Machinebankwerker, monteur en lasser zijn de beroepen met de meeste verklaringen van zekere asbestblootstelling in de metaal-, machine- en elektrotechnische industrie.

In de basismetaalindustrie zijn gietmallen van asbestcement gebruikt. Asbest kwam ook voor als verontreiniging in talk. Specifieke toepassing van frictiemateriaal in remvoeringen van de vele persen en walsen is ook bekend. Daarnaast werd asbest veel verwerkt in pakkingen en isolatiemateriaal in aanvoerleidingen van deze persen en walsen en asbestkoord als geleidemateriaal op rollen. In de metaalproductenindustrie en machinebouw is gebruik gemaakt van asbesthoudende remvoeringen, koppelingsplaten en trilbanden. Vanaf 1985 is op grote schaal asbestvrij frictiemateriaal ingevoerd. Ter bevordering van de slijtvastheid is asbest ook toegevoegd tijdens de productie van banden en canvasriemen. Asbest is daarnaast gebruikt in ruwe vorm als verpakkingsmateriaal van kranen en als bekledingsmateriaal van ketelonderdelen. In een aantal industrietakken, waaronder de machinebouw en elektrotechniek, vond asbestblootstelling plaats bij onderhoud, reparatie en sloopwerkzaamheden. Tot het begin van de jaren 90 werden werknemers tijdens onderhoud, reparatie en sloop van ketels, ovens, pompen, turbines en pijpen waarschijnlijk regelmatig aan asbest blootgesteld door het verwijderen van asbestkoord, asbestkous en diverse asbestpakkingen. Vooral technisch onderhoudspersoneel is daarbij mogelijk aan asbest blootgesteld.

Een metaalbewerker in 1964 (Utrechts Archief/NS, fotograaf)