Japan: overheid aansprakelijk voor asbestziekten

01-06-2010

Voor het eerst oordeelt een Japanse rechter dat de overheid aansprakelijk is voor de gevolgen van asbestblootstelling bij oud-medewerkers van asbestfabrieken in het district Osaka.
De overheid verzuimde, volgens de rechter, ventilatoren verplicht te stellen toen in 1960 de wet tegen stoflongziekten (pneumoconiose) van kracht werd. Zelfs na 1972, toen de relatie met mesothelioom en longkanker duidelijk was, hoefden bedrijven nog geen afdoende maatregelen te nemen om werknemers tegen asbest te beschermen. Bron: The Daily Yomiuri, 21 mei 2010.

Vordering mesothelioom en sanering asbesterf verjaard

15-05-2010

In een zaak tegen voormalig asbestverwerker Eternit oordeelt de rechtbank Almelo dat, als alle gezichtspunten in combinatie met elkaar worden bezien, het beroep op verjaring van de rechtsopvolger van de oud-werkgever naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid terecht is.
Het betreft de vordering van een vrouw met mesothelioom die in 1968 bij de verharding van het erf bij haar woning aan asbest is blootgesteld. Het erf werd verhard met asbestafval, afkomstig van Eternit. Dat afval werd destijds gratis aangeboden door Eternit. Inmiddels is zij aan de ziekte mesothelioom overleden. Gezichtspunten a, b en c dienen volgens de rechter in overwegende mate in het voordeel van Eternit te worden uitgelegd en die wegen zwaarder dan de overige gezichtspunten. In de eerste plaats heeft de vrouw zelf door haar overlijden geen baat meer bij een schadevergoeding. Slechts haar nabestaanden zouden hierbij baat hebben. Bovendien is er reeds een uitkering uit anderen hoofde verstrekt. Verder staat niet vast dat Eternit een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Het bedrijf heeft inderdaad niet gewaarschuwd, maar mocht er redelijkerwijs wel vanuit gaan dat het asbestcementafval zou worden afgedekt, niet in de laatste plaats omdat asbestcementafval enorm stuift. Bron: rechtbank Almelo, 28 april 2010.

Gevangenisstraf voor bestuurders Italiaanse scheepswerf

15-05-2010

Drie voormalige bestuurders van de Italiaanse scheepswerf Fincantieri zijn veroordeeld tot gevangenisstraffen omdat ze hun personeel tot 1999 zonder bescherming aan asbest blootstelden.
37 arbeiders overleefden de blootstelling niet, 26 anderen werden ziek. De voormalige bestuurders van de scheepswerf in Sicilie moeten ook miljoenen euro schadevergoeding betalen, onder meer aan het nationaal verzekeringsinstituut voor werkongevallen. Het bedrijf Fincantieri bleef asbest gebruiken tot 1999, ondanks een verbod sinds 1996. Volgens het openbaar ministerie zijn de risico s van asbest bekend sinds de jaren vijftig. Desondanks vertikte Fincantieri het om de meest elementaire beschermingsmaatregelen te nemen. Bron: Belgische krant De Morgen, 26 april 2010.

Nederlandse rechtspraktijk voor asbestslachtoffers verouderd en te traag

01-05-2010

Volgens juriste Yvonne Waterman is de Nederlandse wetgeving op het gebied van werkgeversaansprakelijkheid bij ongevallen en beroepsziekten verouderd.
Internationaal vergeleken is de rechtspraktijk in civiele claims in Nederland te traag. Dat geldt ook voor de behandelingsduur bij civiele claims voor beroepsziekten. Verder zijn de verjaringstermijnen in Nederland voor asbestslachtoffers volstrekt ontoereikend. Iedereen moet nog steeds binnen zes maanden na diagnose de zaak aankaarten. Dat is voor dodelijk zieke mensen erg kort. Bron: Safety, nr. 1, 2010.

Vordering niet voortvarend genoeg ingesteld

15-04-2010

In een zaak tegen voormalig asbestproducent Eternit oordeelt de rechtbank Roermond dat betrokkene de vordering tot schadevergoeding niet binnen een redelijke termijn heeft ingesteld.
In totaal zijn sinds het bekend worden met de (mogelijke) aansprakelijke partij meer dan twee jaar verstreken (sinds het bekend worden met de diagnose zelfs bijna drie jaar). De zaak betreft een man die stelde tussen 1973 en 1975 bij het verwijderen van asbestcementhoudende golfplaten van zijn garage en het dak van zijn woning aan asbest te zijn blootgesteld. In april 2006 werd bij hem de diagnose buikvlieskanker gesteld waaraan hij in januari 2008 overleed. De nabestaanden stelden dat voormalig asbestproducent Eternit onrechtmatig heeft gehandeld door destijds asbesthoudende platen in het verkeer te brengen en te laten zonder te waarschuwen voor de gezondheidsgevaren bij normaal gebruik van die platen. Al voor 1967 was Eternit bekend met de gevaren van asbest en had zij dus voor die gevaren moeten waarschuwen. Bron: Jure: rechtbank Roermond, 7 april 2010, NR. 92363/HA ZA 09-195.

Weigering schadevergoeding wegens claimcultuur

01-04-2010

Een 73-jarige Britse weduwe van een man die aan mesothelioom is overleden heeft een schadevergoeding van 1 miljoen pond afgewezen uit afkeer van de claimcultuur die in dit land is gegroeid.
De vrouw zei dat ze een hekel heeft aan een cultuur van letselschadezaken ronselende advocaten (ambulance chasing) die mensen vragen een claim in te dienen op basis van no cure no pay. De juridische kosten van deze zaken komen voor rekening van de belastingbetaler en kunnen tot honderden ponden oplopen. Momenteel wordt in het Verenigd Koninkrijk jaarlijks 10 miljard pond uitgekeerd als compensatie voor claims. Bron: The Express, 22 maart 2010.

Australie: aansprakelijkheid bij longkanker

17-03-2010

In een zaak van een man die gerookt heeft en via zijn werk aan asbest is blootgesteld, oordeelt het Australische Hooggerechtshof dat het niet voldoende is uitsluitend aan te tonen dat de blootstelling aan asbest het risico op longkanker heeft verhoogd.
Duidelijk moet zijn dat de asbestblootstelling op zichzelf een oorzaak van de longkanker is geweest. Het Hooggerechtshof is het niet eens met de aanpak van de lagere rechter die alle betrokken partijen proportioneel aansprakelijk achtte. Op basis van epidemiologische studies had de lagere rechter geconcludeerd dat de longkanker voor 67% door roken zou zijn veroorzaakt en voor 23% door asbestblootstelling alleen of in combinatie met roken. Bron: Mondaq Business Briefing, 8 maart 2010.

Verweer werkgevers slaagt

15-03-2010

In een kort geding tegen twee werkgevers oordeelt de kantonrechter Zwolle dat de vordering van een oud-werknemer met mesothelioom niet slaagt jegens beiden.
De vordering tegen de oudste werkgever strandt omdat vooralsnog niet voldoende aannemelijk is gemaakt dat de schade tijdens de uitoefening van die werkzaamheden is geleden. De getuigenverklaringen zijn strijdig. De vordering tegen de jongere werkgever strandt omdat vooralsnog aannemelijk is dat die werkgever geen verwijt kan worden gemaakt van de wel aannemelijk geworden asbestblootstelling. De kantonrechter neemt als uitgangspunt dat deze werkgever begin jaren 80 nog niet bekend was met de gezondheidsrisico s van chrysotiel asbest noch daarmee bekend behoorde te zijn. Bron: Rechtbank Zwolle, BL0950 d.d. 27 januari 2010.

Beroep op verjaring erkend

01-03-2010

In twee verschillende zaken oordeelt het Gerechtshof Amsterdam in hoger beroep dat als alle gezichtspunten in combinatie met elkaar worden bezien het beroep op verjaring van de rechtsopvolger van de oud-werkgever naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid terecht is.
In beide gevallen oordeelt het hof ook dat er geen feiten en/of omstandigheden zijn aangevoerd of gebleken op grond waarvan gezegd kan worden dat sprake is van een hoge mate van verwijtbaarheid, waarbij het hof mede in aanmerking neemt dat de werkgevers niet asbestproducerende, niet asbestverwerkende ondernemingen exploiteerden. In een van de twee gevallen oordeelt het hof dat een vordering tot schadevergoeding onvoldoende voortvarend is ingesteld, ook al heeft de bemiddeling door het IAS termijnschorsend gewerkt. De eerste zaak (d.d. 15/12/09) betreft de claim van een nabestaande van een man die tussen 1960 en 1975 bij een Technisch Bureau in dienst was geweest en daar aan asbest was blootgesteld. Deze man overleed in 2006 aan mesothelioom. In het tweede geval gaat het om een nabestaande van een machinebankwerker die tussen 1955 en 1972 in dienst van het bedrijf was geweest en eveneens in 2006 aan mesothelioom is overleden. Bron: Jure; Gerechtshof Amsterdam, LJN BL3708 d.d. 15 december 2009 en LJN BL3742 d.d. 19 januari 2010.

Bouwbedrijf voldoet niet aan stelplicht

24-02-2010

De kantonrechter Venlo oordeelt dat het beroep op verjaring van een werkgever naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.
Ook het verweer dat de werkgever niet bekend hoefde te zijn met het gevaar van asbestose als gevolg van de blootstelling aan wit asbest wordt niet overgenomen omdat de werkgever ter onderbouwing van dit standpunt geen wetenschappelijke/maatschappelijke publicaties heeft overgelegd en zodoende niet heeft voldaan aan de op haar rustende stelplicht. Bron: Kantonrechter Venlo, 10 februari 2010, BL3084.