Rechtbank Rotterdam: niet aansprakelijk wegens verjaring

09-06-2011

De Rotterdamse kantonrechter oordeelt een scheepsbouwer niet aansprakelijk wegens verjaring van de vordering. Het betreft de zaak van de nabestaande van een aan mesothelioom overleden oud-werknemer. De man had tussen 1957 en 1961 als scheepsbeschieter aan asbest blootgestaan. De vordering wordt afgewezen omdat diverse gezichtspunten (arrest HR, 28 april 2000) in het nadeel van de nabestaande uitvallen: de gevorderde vergoeding komt ten gunste van de nabestaande niet van het slachtoffer zelf (a), er is al een vergoeding betaald via de Regeling TAS (b), de werkgever kan zich in redelijkheid nauwelijks verweren op het punt van de aansprakelijkheid en de verwijtbaarheid (e) en de vordering van de nabestaande is niet voortvarend genoeg ingesteld (g). Bron; rechtbank Rotterdam, 21 januari 2011, LJN: BQ3062.

Hof Arnhem erkent non-conformiteit koop door asbest

09-06-2011

In hoger beroep oordeelt het Hof Arnhem dat een koper beroep kan doen op non-conformiteit indien hij heeft aanvaard dat er op een aantal plaatsen in de woning (mogelijk) asbest aanwezig is en na de koop blijkt dat nog meer asbest gevonden wordt. De zaak gaat om de aanwezigheid van niet-hechtgebonden asbest die normaal gebruik van de woning in de weg staat, omdat dit een onaanvaardbaar gezondheidsrisico oplevert. Kopers hoefden niet te weten of te begrijpen dat bijna alle binnenwanden asbest zouden bevatten, aldus het Hof. Verkopers dienen de schade van kopers te vergoeden. Bron: RVR 2011/36; Hof Arnhem, 14 december 2010.

Britse rechter in spagaat

01-06-2011

Normaal gesproken wordt in het Britse recht het but for- ofwel conditio sine qua non-principe toegepast. Volgens dit principe is het aan de eiser om met meer dan 50% waarschijnlijkheid te bewijzen dat er een verband is tussen een bepaalde oorzaak en de geleden schade. Omdat dit bewijs voor veel slachtoffers een niet te nemen horde kan vormen is het leerstuk van de material increase of the risk of contraction of the disease tot ontwikkeling gekomen. Bij mesothelioomzaken legt de wetgever op basis van dit principe dwingend een volledige hoofdelijke aansprakelijkheid op aan iedereen die een ander onrechtmatig blootstelt aan asbest door middel van een material increase of risk of for any other reason. Onlangs oordeelde het Britse hooggerechtshof in dit kader een bedrijf volledig aansprakelijk voor de ziekte mesothelioom bij een vrouw. De kans dat de asbestblootstelling bij dit bedrijf de oorzaak was van de ziekte bij deze vrouw was 18% hoger dan op grond van normale omgevings-blootstelling kon worden verwacht. Daarmee wordt de slachtofferbescherming bij mesothelioomzaken optimaal, maar worden, volgens Drion, de causaliteitsregels wel heel extreem opgerekt. Bron: Drion, C.E. (2011). NJB, 2011-16, 793.

50.000 euro voor timmerman met asbestose

18-05-2011

Een 60-jarige timmerman krijgt 50.000 euro schadevergoeding omdat hij door zijn werk asbestose, een stoflongziekte heeft gekregen. FNV Bureau Beroepsziekten heeft dit via een schikking met de verzekeraar van de werkgever geregeld. De man had als werknemer van een bouwbedrijf twintig jaar lang onderhoudswerk gedaan bij ruimtevaartonderneming ESTEC in Noordwijk. Gedurende deze periode moest hij heel vaak plafondplaten vervangen waarboven asbest zat. Het IAS werkt momenteel samen met sociale partners aan een compensatieregeling voor mensen met deze ziekte. Bron: FNV, 18 mei 2011.

Slachtoffer moet zelf TAS aanvragen

17-05-2011

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat een tegemoetkoming op basis van de regeling TAS door het slachtoffer zelf moet worden aangevraagd. Een weduwe had in plaats van haar aan mesothelioom overleden man de tegemoetkoming aangevraagd. Dit omdat zij pas meer dan een maand na de dood van haar man de diagnose kreeg meegedeeld. De Raad oordeelt dat het recht op een tegemoetkoming een persoonlijk recht is van de door maligne mesothelioom getroffen werknemer en dat het slachtoffer er dus zelf blijk van moet hebben gegeven het voorschot te willen ontvangen. Bron: CRvB LJN: BQ4739, 17 maart 2011.

Duitse werknemers beter beschermd tegen asbestblootstelling

15-05-2011

Duitse werkgevers die werknemers bewust onbeschermd met asbest laten werken, kunnen nu al aansprakelijk gehouden worden voor de mogelijke toekomstige gezondheidsschade van de betreffende werknemers, aldus een uitspraak van Bundes Arbeitsgericht in april dit jaar. Bron: AFP, 28 april 2011.

Aansprakelijk ondanks verjaring

09-05-2011

De kantonrechter Rotterdam oordeelt de verzekeraar van een scheepswerf aansprakelijk voor de schade ten gevolge van asbestblootstelling bij een in 2008 aan mesothelioom overleden oud-medewerker. De man was tussen 1954 en 1964 op de werf veelvuldig aan asbest blootgesteld. Gelet op het feit dat in het algemeen 80% van de bekende mesothelioomgevallen te wijten is aan blootstelling aan asbest en van de overige 20% geen andere oorzaak is vastgesteld, dient causaal verband te worden aangenomen. Volgens de rechter behoorde de werkgever in de periode dat de medewerker voor haar werkzaam was, te weten, dat aan de blootstelling aan asbest(stof) bepaalde gezondheidsrisico s waren verbonden en dat in ieder geval over de gevaren van asbestose en asbestose met longkanker consensus bestond. De werkgever heeft nagelaten veiligheidsmaatregelen te nemen ter voorkoming van de destijds wel bekende gevaren van asbestose en asbestose met longkanker. Na weging van de gezichtspunten concludeert de kantonrechter in dit uitzonderlijke geval van iemand die pas 44 jaar na beeindiging van het dienstverband geconfronteerd wordt met mesothelioom en alle gevolgen van dien, toepassing van de dertigjarige termijn van artikel 3:310 lid 2 BW naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.

Uit het proefschrift van M.G.P. Peeters kan worden opgemaakt dat al voorafgaand aan de relevante periode, in 1942, consensus bestond over het risico van asbestose en dat in de loop van de relevante periode, in 1958, consensus is ontstaan over asbestose met longkanker. Op grond hiervan oordeelt de kantonrechter dat de werkgever jegens de oud-medewerker tekort is geschoten in de op haar op grond van destijds artikel 7A:1638x BW en thans artikel 7:658 BW rustende zorgplicht en daardoor jegens de nabestaanden schadeplichtig is geworden. Bron: kantonrechter Rotterdam, 22 oktober 2011, LJN: BP8595.

Schotland: vergoeding mogelijk voor pleurale plaques

15-04-2011

Tegen het Britse House of Lords in heeft het Schotse Hooggerechtshof bepaald dat asbestslachtoffers met pleurale plaques wel compensatie kunnen claimen voor deze afwijking. Het beroep van verzekeraars tegen een nieuwe wet die dit mogelijk maakt is door de rechter afgewezen. Bron: International Ban Asbestos Secretariaat, 12 april , The Daily Telegraph, 13 april 2011.

Hof Leeuwarden wijst aansprakelijkheid werkgevers af

15-04-2011

In kort geding wijst het Hof Leeuwarden de aansprakelijkheid af van een timmerbedrijf en een busonderneming. Een man met mesothelioom had beide oud-werkgevers aansprakelijk gesteld voor zijn ziekte. Bij het timmerbedrijf had hij van 1967 tot 70 als timmerman gewerkt en bij de busonderneming van 1972 tot 2005 als chauffeur. Volgens het hof heeft de man niet voldoende aannemelijk gemaakt dat hij tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden voor het timmerbedrijf aan asbest is blootgesteld. De busonderneming heeft voldoende aannemelijk gemaakt gemaakt dat in de betreffende periode uitsluitend witte asbest in de remvoeringen werd gebruikt en dat destijds niet bekend was dat de aanwezigheid van witte asbest in het remsysteem voor monteurs gevaarlijk kon zijn. De onderneming heeft bovendien onderbouwd toegelicht dat nog steeds niet vast staat dat de aanwezigheid van witte asbest voor garagemonteurs – die intensiever met het remsysteem in aanraking komen dan anderen zoals buschauffeurs – risico s oplevert. Bron: Hof Leeuwarden, 8 februari 2011.

7500 euro boete voor illegale asbestverwijdering

15-04-2011

Een installatiebedrijf heeft van de politierechter 7500 euro boete gekregen voor het klakkeloos laten slopen van een bedrijfsgebouw zonder te controleren of er asbest in het spel was. De eigenaar zelf kreeg daarnaast 5000 euro boete ondanks het betoog van de advocaat dat de eigenaar al gestraft was doordat de saneringskosten door de asbestontdekking 2,5 ton duurder waren uitgevallen dan begroot. De rechter had daarnaast forse kritiek op de gemeente die erg snel een sloopvergunning had afgegeven. Bron: Noordhollands Dagblad, 7 april 2011.