Ferry Berges (75), asbestslachtoffer met mesothelioom
‘Ik stond op de tennisbaan met een maat en op een gegeven moment zegt hij, “wat sta je toch te hijgen”. Dat viel dus op, want normaal was ik helemaal niet kortademig. Niet lang daarna was ik met mijn vrouw in Portugal. We waren met vrienden aan het kaarten en opeens zakte ik in elkaar. Ik krabbelde weer overeind en we hebben het spelletje zelfs nog afgemaakt, maar hier zat iets duidelijk niet goed.
Dat bleek ook wel toen ik na thuiskomst naar het ziekenhuis was doorverwezen. Na een kijkoperatie bleek ik mesothelioom te hebben. Dat was eind 2019. Dan schrik je wel eventjes, maar op een of andere manier accepteerde ik het al snel en bleef ik positief. Daarbij had ik veel steun aan mijn huisarts, die gelijk zei “laten we afwachten hoe het gaat, huilen kan altijd nog”. Die uitspraak heb ik ook als titel gekozen voor een boekje, dat ik later over mijn ervaringen in het Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis heb gemaakt. Ze hebben me daar zeer goed en liefdevol behandeld.
Mijn mesothelioom bleek een redelijk gunstige variant, want ik kwam als een van de weinigen in aanmerking voor een onderzoek met chemo en operatief verwijderen van het longvlies. Ik zat in de groep, die eerst chemo zou krijgen. Die chemokuren waren afschuwelijk, maar ze sloegen wel aan. Sindsdien is de tumor niet of nauwelijks meer gegroeid. Ik heb daarna afgezien van de operatie, omdat die te weinig garantie gaf en risicovol was, terwijl de chemo had geholpen. Want op dit moment gaat het nog best goed met me. Ik heb weinig last, wandel elke dag en probeer zo gezond mogelijk te leven. Mijn vrouw en ik genieten van veel dingen, soms vergeet ik zelfs dat ik asbestkanker heb.
Dat ik in de werksituatie mijn ziekte heb opgelopen, daar was geen twijfel over mogelijk. Als 16-jarige ben ik in 1961 als loodgieter in dienst gekomen bij de dienst publieke werken in Amsterdam. Bij de aanleg van rioleringen gebruikten we veel asbestkoord. Ik zie nog het rode blikje voor me waar dat in zat en de stofwolk als je het eruit haalde. Daar heb ik meer dan 10 jaar gewerkt.
Uiteindelijk heeft mijn ex-werkgever aansprakelijkheid erkend en schadevergoeding betaald, nadat de zaak eerst op verjaring dreigde vast te lopen. Zonder bemoeienis van het IAS had ik nooit schadevergoeding gekregen. We hebben daarvan een andere auto gekocht en misschien maken we nog eens een grote reis. Ik wil graag naar Nieuw-Zeeland, dat moet een prachtig land zijn. Maar het meeste staat op de bank, een mooi spaarpotje voor mijn dierbare vrouw en kinderen.‘