Diagnose asbestose

De diagnose asbestose wordt gesteld bij patiënten met longfibrose die beroepsmatig langdurig en intensief aan asbest zijn blootgesteld. De diagnose omvat een onderzoek naar de blootstelling in het arbeidsverleden en een medisch, klinisch-pathologisch onderzoek. Tussen het begin van de blootstelling en het moment waarop de diagnose longfibrose door de behandelend arts is gesteld, verstrijkt in de praktijk ten minste 15 jaar. Verder moet sprake zijn van longfunctieverlies klasse 2, 3 of 4 volgens de normen van de American Medical Association (AMA) en beschreven in hun ‘Guides to the evaluation of permanent impairment’, 6de editie, 2008 (zie hieronder).​

Sinds de invoering van de regeling asbestose hebben zich ruim zeshonderd mensen aangemeld bij het IAS. Bij de meerderheid van deze mensen (58% van de aanmeldingen) blijkt de diagnose asbestose niet te kunnen worden bevestigd door de expertgroep van de NVALT. De meeste afwijzingen vinden plaats omdat er geen aanwijzingen zijn voor het bestaan van een longfibrose. Soms is de afwijzing een gevolg van het ontbreken van longfunctieverlies of beroepsmatig asbestcontact.​

Aanvraagprocedure asbestose

  • De asbestosepatiënt meldt zich zelf of via zijn contactpersoon aan bij het IAS: via de website of telefonisch (079 7507150).​
  • Na ontvangst van het ondertekende aanvraagformulier en de medische machtiging neemt de medisch adviseur van het IAS contact op met de behandelend longarts ter verkrijging van de relevante informatie vanuit het medisch dossier en de radiologie- en pathologie-onderzoeken van betrokkene.​
  • Het IAS onderzoekt of sprake is van intensieve, langdurige asbestblootstelling als werknemer of anderszins beroepsmatig. Daarbij wordt onder andere gebruikgemaakt van bijlage E: Risicomatrix van het protocol asbestziekten: asbestose van de Gezondheidsraad (1999). De matrix bepaalt hoeveel jaar bepaalde werkzaamheden moeten zijn verricht of gewerkt moet zijn in een bepaald beroep, om de blootstellingsdrempel voor asbestose te overschrijden.​
  • Het IAS levert het klinisch materiaal zoveel als mogelijk digitaal aan de expertgroep van de NVALT samen met de conclusie van het arbeidshistorisch onderzoek of wel/geen sprake van intensieve/langdurige asbestblootstelling als werknemer of anderszins beroepsmatig.​
  • Aanvragen waarbij het IAS intensieve, langdurige asbestblootstelling heeft bevestigd, worden voor medische beoordeling aan vijf panelleden van de expertgroep van de NVALT voorgelegd.​
  • De panelleden beoordelen onafhankelijk van elkaar of de asbestose de meest waarschijnlijke oorzaak is van de longfunctiebeperking en hoe groot het longfunctieverlies is.​
  • De expertgroep van het NVALT streeft ernaar de beoordeling binnen drie weken na ontvangst van het klinisch materiaal af te ronden. Het secretariaat is gevestigd in het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis, Afdeling Thoracale Oncologie.​
  • In geval van relevante asbestblootstelling die leidt tot functieverlies klasse 2, 3 of 4 (AMA) adviseert het IAS de Sociale Verzekeringsbank (SVB) een tegemoetkoming via de Regeling TAS of TNS van
    € 24.010,- (2024) toe te kennen.​
  • Indien sprake is van functieverlies klasse 2, 3 of 4 betaalt de (ex-)werkgever bij aanvaarding van de aansprakelijkheid een schadevergoeding van respectievelijk € 27.971,-, € 51.556,- of € 75.141,- (2024).​
  • Indien de behandelend longarts een aanzienlijke verslechtering van de longfunctie constateert, die naar verwachting leidt tot indeling in een hogere AMA-klasse, kan de aanvrager een verzoek indienen voor herbeoordeling.​