Schotse gezondheidsdienst nalatig in voorlichting mesothelioom

10-07-2007

Een Schotse gezondheidsdienst heeft verzuimd een mesothelioompatiënt te informeren over de mogelijkheden van schadevergoeding en aan welke voorwaarden daarvoor moet worden voldaan. Het slachtoffer overleed drie maanden na diagnose zonder dat aan de voorwaarde van een biopsie ter herbeoordeling van de diagnose was voldaan. Pas na zijn dood hoorde zijn vrouw over de mogelijkheden om in aanmerking te komen voor een schadevergoeding. De Schotse ombudsman Publieke Diensten oordeelt dat de Gezondheidsdienst excuses moet aanbieden aan de weduwe. Bron: The Herald, 21 juni 2007.

Groene sloopwerf asbestschepen gebakken lucht

10-07-2007

Het lukt niet om voldoende financiering te krijgen voor Ecodock, een project dat moest leiden tot de milieuvriendelijke ontmanteling van tankers en olieplatforms in de Eemshaven. Het project dat al gestart was is inmiddels failliet verklaard. De hoogte van de schuldenlast is nog niet bekend. Bron: Dagblad van het Noorden, 29 juni 2007.

Pleidooi voor verwijderingsbijdrage asbestschepen

10-07-2007

Net als bij de aanschaf van een nieuwe wasmachine, koelkast of auto moet ook op zeeschepen een verwijderingsbijdrage worden gevraagd, aldus Jan van den Heuvel, directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond. Dit naar aanleiding van het vertrek van het sloopschip Otapan uit de Waalhaven in Rotterdam. De Otapan, die in Amsterdam zeven jaar aan de ketting heeft gelegen, is in Rotterdam ontdaan van 77.000 kilo asbest. Het asbesthoudende materiaal is afgevoerd naar een stortplaats op de Maasvlakte. De overheid draait op voor de 4,5 miljoen euro die de sanering zeker heeft gekost. Van den Heuvel vindt het onjuist dat de belastingbetaler voor de rommel van een reder moet opdraaien. De Europese Unie heeft becijferd dat er jaren komen waarin achthonderd schepen vol asbest moeten worden gesloopt. Niet alleen enkelwandige tankers, maar de komende tien jaar ook honderd marineschepen uit voornamelijk Frankrijk en Engeland. Bron: AD, 28 juni 2007. Meer www.ad.nl

Asbestverwijdering door particulieren

10-07-2007

Wanneer mag een particulier zelf asbest verwijderen? Hoe gaat de gemeente om met het inzamelen ervan en hoe kan zij effectief toezicht houden? Het Landelijk informatiepunt milieuwethandhaving (Lim-info.nl) zet de regels op een rijtje en geeft handvatten voor verbetering van de praktijk. Bron: Infomil LOM 21 juni 2007. Meer www.lim-info.nl

Indiase asbestindustrie financiert overheidsonderzoek naar asbestschade

27-06-2007

De Indiase asbestindustrie financiert ongeveer een derde van de kosten van een onderzoek naar de milieu- en gezondheidsschade van chrysotiel (wit) asbest door het National Institute of Occupational Health (NIOH). Afgesproken is dat de resultaten eerst besproken worden met de industrie vóórdat een eindrapport wordt gepubliceerd. Er bestaan dan ook ernstige twijfels over hoe de resultaten geïnterpreteerd en gebruikt gaan worden. Bron: Times of India, 21 juni 2007. Meer www.timesofindia.indiatimes.com

Gevaarlijk asbestwerk in het Indiase Rajasthan

27-06-2007

In de Indiase regio Rajasthan wordt 90% van India’s totale asbestproductie verwerkt. In de meeste gevallen gebeurt dat in ongeorganiseerde particuliere bedrijfjes: molens waar amphibool asbest uit mijnen in de regio tot poeder wordt verwerkt dat in asbestcementproducten wordt gebruikt. De werkomstandigheden in deze bedrijfjes zijn zeer gevaarlijk, aldus een artikel van Indiase onderzoekers. Bron: Ansari, F. et al. (2007). Monitoring and identification of airborne asbestos in unorganized sectors, India. Chemosphere 68, 716-23.
Ansari, F. et al. (2007). Monitoring and identification of airborne asbestos in unorganized sectors, India. Chemosphere 68, 716-23.

Abstract


Rajasthan state in India is credited to cater more than 90% of total production of asbestos in this country, of which around 60% is processed there in unorganized sectors including milling and manufacturing of asbestos-based products. Unorganized asbestos units particularly mills showed unhealthy occupational conditions, therefore industrial hygiene study was carried out focusing on the prevalence of asbestos fibres in air at work zone area of asbestos milling units. Fibre levels were in the range of 2.00-5.09 f/cm3 and 4.07-15.60 f/cm3 in unorganized asbestos mills of Rajasthan located at Beawer and Deogarh districts, respectively. Like asbestos concentration, fibre type and length are also vital factors in the health risk assessment of industrial workers. Phase contrast and polarized light microscopic study of asbestos fibres showed their amphibole nature registering about 90% as tremolite and rest as anthophyllite. Fibre length measured micrometrically were sub-grouped in &lt.10 lm, 11-20 lm, 21-30 lm and &gt.30 lm. About 30-40% fibres belonged to sub-group &lt.10 lm. It is concluded that unorganized asbestos mills bear poor industrial unhygienic conditions reflected specifically from their manifold higher fibre concentrations than the Indian and International standards. Poor industrial unhygienic conditions are attributable to obsolete milling technology, lack of pollution control devices and escape from regulatory control.


Biomerkers voor mesothelioom

27-06-2007

Biomerkers als Soluble mesothelin-related peptide (SMRP), osteopontine en megakaryocyte potentiating factor (MPF) zijn nog niet voldoende accuraat om cytohistologie als gouden standaard voor de diagnose van maligne mesothelioom te vervangen. Aldus een overzichtsartikel en een onderzoeksverslag. Biomerkers zijn eiwitten in het bloed die iets kunnen zeggen over de aanwezigheid of verloop van sommige ziektes. Bron: Scherpereel, A. &amp. Lee, G. (2007). Biomarkers for mesothelioma. Current Opinion in Pulmonary Medicine 2007, 13:339. Grigoriu, B.D. et al., (2007). Utility of Osteopontin and SerumMesothelin in Malignant Pleural Mesothelioma Diagnosis and Prognosis Assessment. Clin Cancer Res 13 (10), may 15, p 2928-35-343.
Scherpereel, A. &amp. Lee, G. (2007). Biomarkers for mesothelioma. Current Opinion in Pulmonary Medicine 2007, 13:339-343.

Purpose of review


Mesothelioma is an incurable cancer and its global incidence continues to increase. There has been strong interest in the search for a biomarker that would be of value for the diagnosis, prognosis and disease monitoring of mesothelioma. Large series evaluating the use of novel candidate markers have recently been published.

Recent findings

To date, global gene profiling studies have failed to find a molecule that reliably captures all subtypes of mesothelioma, and differentiates it from benign pathologies and metastatic carcinomas. Soluble mesothelin-related peptide (SMRP), osteopontin and megakaryocyte potentiating factor have been assessed as markers. SMRP testing is clinically available and provides reasonable diagnostic sensitivity and specificity when applied to serum or pleural fluid. Elevated SMRP levels can occur in metastatic, especially ovarian and pancreatic, adenocarcinomas. False negatives are common with sarcomatoid mesothelioma. SMRP levels may reflect tumor load and disease progression. The role of SMRP in predicting mesothelioma development in subjects exposed to asbestos has raised interest. Osteopontin lacks specificity as a diagnostic marker for mesothelioma but may have value in disease monitoring.

Summary

The proposed markers have insufficient accuracy to replace cytohistology as the gold standard for diagnosis for mesothelioma. Elevated SMRP levels raise suspicion of mesothelioma although negative values do not exclude disease. Its role in disease monitoring in patients and in predicting disease development in at-risk individuals warrant further study.



Grigoriu, B.D. et al., (2007). Utility of Osteopontin and SerumMesothelin in Malignant Pleural Mesothelioma Diagnosis and Prognosis Assessment. Clin Cancer Res 13 (10), may 15, p 2928-35

Abstract

Purpose:
Malignant mesothelioma is a highly aggressive tumor and is often diagnosed too late for a curative treatment.We compared diagnostic and prognostic values ofmesothelin and osteopontin in172 patients suspected ofmalignant pleuralmesothelioma (MPM) and in a control group

of 112 asymptomatic asbestos-exposed subjects.

Experimental Design: Osteopontin and mesothelin were assayed with commercial ELISA kits in a series of 43 patients with pleural metastases of various carcinomas, 33 patients with benign pleural lesions associated with asbestos exposure, 96 patients with MPMs, and 112 asbestos-exposed healthy subjects. Results were correlated with patient’s diagnosis and survival.

Results: Serumosteopontin level was higher in MPMpatients compared with healthy asbestos exposed subjects and had a good capability to distinguish between these two populations. However, osteopontin was unable to distinguish between MPM and pleural metastatic carcinoma or benign pleural lesions associated with asbestos exposure. Neither plasma nor pleural fluid osteopontin were more powerful in this respect. Serum mesothelin had a good ability for diagnosing MPM but was unable to identify patients with nonepithelioid mesothelioma subtypes. Survival analysis identified tumor histologic subtype along with serum osteopontin and serum mesothelin as independent prognostic factors in mesothelioma patients.

Conclusions: Osteopontin has a lower diagnostic accuracy than mesothelin in patients suspected of MPM. Insufficient specificity limits osteopontin utility as diagnosticmarker. Bothmolecules have a potential value as prognostic markers.


Eternit weer aansprakelijk voor schadelijke gevolgen asbestproduct

27-06-2007

Voormalig asbestproducent Eternit moet een klant met mesothelioom een voorschot van dertigduizend euro betalen. Dat heeft de voorzieningenrechter van Groningen op 15 juni j.l. bepaald in een kort geding dat tegen het bedrijf was aangespannen. Van 1967-1973 heeft de man asbesthoudende platen, afkomstig van Eternit, op maat gezaagd in het bedrijf van zijn vader en daardoor nu de ziekte mesothelioom gekregen. Het bedrijf heeft – naar voorlopig oordeel van de rechter – in strijd gehandeld met de zorgvuldigheidsnormen die toen ook al golden. Eternit verzuimde namelijk de klant te waarschuwen voor de gevaren van asbest en gaf geen aanwijzingen voor het veilig verwerken van het materiaal. Eerder werd het bedrijf om dezelfde reden aansprakelijk gesteld voor asbestafval dat tussen 1967 en 1970 aan derden ter beschikking was gesteld. Bron: BA7469, Voorzieningenrechter Rechtbank Groningen , 94157/KG ZA 07-170, 15 juni 2007, Gerechtshof Arnhem, 5 juni 2007, BA6364, 2006/586.

Proefschrift Peeters: asbestslachtoffers ongelijk gecompenseerd

27-06-2007

Werknemers met asbestziekten als asbestose en longkanker of andere beroepsziekten komen waarschijnlijk niet binnen afzienbare tijd in aanmerking voor een collectieve regeling (gecollectiviseerde compensatie). Dit stelt Margo Peeters in haar rechtssociologisch proefschrift Compensatie en erkenning voor werknemers met asbestziekten tussen 1978 en 2005. Relevante belanghebbende partijen zijn via recht, politiek of publieke opinie, minder goed onder druk te zetten om deze ziekten in een collectieve regeling op te nemen, dan destijds met de asbestziekte mesothelioom het geval was. Dit maakt het IAS en de TAS-regeling enerzijds tot een bijzonder compensatiesysteem dat vooral een ad hoc karakter lijkt te hebben, concludeert de promovenda. Anderzijds passen het IAS en de TAS-regeling in een tendens van groeiende interesse in de specifieke compensatie van beroepsziekten, aldus Peeters. Bron: Erasmus Universiteit, 27 juni 2007. Meer http://www.eur.nl/nieuws/detail/article/873/