Italiaans onderzoek: erfelijke aanleg geen invloed

30-05-2007

Een analyse van bijna 2000 Italiaanse gevallen van mesothelioom leverde slechts 11 clusters (22 gevallen) van eerstelijns-familieleden op. Volgens de onderzoekers is dat geringe aantal een aanwijzing dat erfelijke aanleg weinig invloed heeft op het risico op mesothelioom. Bron: Ascoli, V. et al. (2007). Mesothelioma in Blood Related Subjects: Report of 11 Clusters Among 1954 Italy Cases and Review of the Literature. American Journal of Industrial Medicine 50:357-369, 2007.
Ascoli, V. et al. (2007). Mesothelioma in Blood Related Subjects: Report of 11 Clusters Among 1954 Italy Cases and Review of the Literature. American Journal of Industrial Medicine 50:357-369, 2007.

Abstract

Background

Malignant mesothelioma is a sporadic tumor related to asbestos. Its

occurrence in blood relatives raises the question of potential contribution of predisposing factors.

Methods

The study analyses the features of mesothelioma in blood relatives that might explain the disease clustering. Data sources of familial clusters were three population-based Mesothelioma Registries in Italy (Veneto and Apulia Regions, Brescia province. 1978-2005) and Medline, Toxline, and Oshline/Hseline databases for a review of the literature (1968-2006).

Results

Eleven clusters (22 cases) were identified among 1954 Italy mesothelioma cases, and 51 clusters (120 cases) were extracted from 33 studies. The proportion of Italy familial cases was 1.4 per 100 mesothelioma cases. the ratio between the number of familial clusters and the number of non-familial mesothelioma cases was 1:148. The mesothelioma profile in consanguineous is the same as in non-consanguineous subjects (male prevalence. pleural site. age at diagnosis >50 years. asbestos exposure). Most clusters occurred in asbestos workers (shipyard, asbestos-cement production/processing, and insulation) and household-exposed blood relatives. Others were related to asbestoscement factory pollution, asbestos-in-place, and handling asbestos-contaminated textiles.

Two clusters were without any known exposure. Cancer family history revealed lung cancer cases in eight clusters.

Conclusions

Available data support asbestos exposure as the main risk factor in

mesothelioma cases among blood relatives. Our finding of a low proportion of familial cases would not suggest the influence of a large genetic component for mesothelioma in blood relatives.

Vermiculiet oorzaak longkanker, asbest en mesothelioom

30-05-2007

1672 mensen die tussen 1935 en 1981 met het met asbest vervuild vermiculiet uit het Amerikaanse Libby (Montana) hadden gewerkt hebben vaker dan gemiddeld longkanker, asbestose en mesothelioom. Het risico op longkanker en asbestose hangt samen met de mate van blootstelling. Maar ook mensen die korter dan een jaar met het materiaal hebben gewerkt lopen een hoger dan gemiddeld risico op één van deze ziektes. Bron: Sullivan, P.A. (2007).Vermiculite, Respiratory Disease, and Asbestos Exposure in Libby, Montana: Update of a Cohort Mortality Study. Environmental Health Perspectives 115:579-585.
Sullivan, P.A. (2007).Vermiculite, Respiratory Disease, and Asbestos Exposure in Libby, Montana: Update of a Cohort Mortality Study. Environmental Health Perspectives 115:579-585.

ABSTRACT

BACKGROUND: Vermiculite from the mine near Libby, Montana, is contaminated with tremolite asbestos and other amphibole fibers (winchite and richterite). Asbestos-contaminated Libby vermiculite was used in loose-fill attic insulation that remains in millions of homes in the United States, Canada, and other countries.

OBJECTIVE: This report describes asbestos-related occupational respiratory disease mortality among workers who mined, milled, and processed the Libby vermiculite.

METHODS: This historical cohort mortality study uses life table analysis methods to compare the age-adjusted mortality experience through 2001 of 1,672 Libby workers to that of white men in the

U.S. population.

RESULTS: Libby workers were significantly more likely to die from asbestosis [standardized mortality ratio (SMR) = 165.8. 95% confidence interval (CI), 103.9-251.1], lung cancer (SMR = 1.7. 95% CI, 1.4-2.1), cancer of the pleura (SMR = 23.3. 95% CI, 6.3-59.5), and mesothelioma. Mortality from asbestosis and lung cancer increased with increasing duration and cumulative exposure to airborne tremolite asbestos and other amphibole fibers.

CONCLUSIONS: The observed dose-related increases in asbestosis and lung cancer mortality highlight the need for better understanding and control of exposures that may occur when homeowners or construction workers (including plumbers, cable installers, electricians, telephone repair personnel, and insulators) disturb loose-fill attic insulation made with asbestos-contaminated vermiculite from Libby, Montana.

VS: toename jonge vrouwelijke asbestslachtoffers

30-05-2007

De Amerikaanse ‘Asbestos Disease Awareness Organization (ADAO)’ en ‘Columbia University Mesothelioma Center’ melden een relatieve toename van het aantal jonge en vrouwelijke asbestslachtoffers. De gemiddelde leeftijd ligt rond de 51 jaar en bijna de helft van de jongere slachtoffers is niet via het werk aan asbest blootgesteld. Bron: www.mesotheliomacenter.org, 10 mei 2007. Meer : www.mesotheliomacenter.org

VK: sterfte aan mesothelioom van 1968-2004

21-05-2007

Het aantal mensen dat in het Verenigd Koninkrijk in de periode 1968 tot 2004 aan mesothelioom overleed is gestegen van 153 in 1968 tot 1969 in 2004. Het aandeel 55-64 jarigen neemt sinds kort af. De groep wordt dus steeds ouder. In de komende jaren wordt een piek verwacht. Bron: Health and Safety Executive, april 2007: Mesothelioma Mortality in Great Britain 1968 to 2004: updated.

VK: 73 docenten overleden aan mesothelioom tussen 1991 en 2000

22-04-2007

Volgens de Britse onderwijsvakbonden zijn in duizenden scholen die voor 1975 zijn gebouwd gevaarlijke hoeveelheden asbest verwerkt. De bonden dringen aan op een versnelde asbestsanering omdat tussen 1991 en 2000 73 docenten aan mesothelioom zijn overleden. Bron: The Guardian, 18 april 2007.

Schattingen Australische asbestslachtoffers te laag

15-04-2007

De piek in het aantal gevallen van mesothelioom zal in Australië 4 tot 7 jaar later optreden en 35% hoger zijn dan voorspeld. Dit voorspelt het National Centre for Epidemiology and Population Health. Een model van accountantsbureau KPMG voorspelde dat het aantal mesothelioomgevallen in de regio New South Wales tot 2010 toe zou nemen. De nieuwe studie voorspelt de piek uiterlijk in 2017. Het totaal aantal gevallen van mesothelioom wordt in de periode 2006 tot 2060 geschat op 6.430. Bron: sciencedaily, 4 apil 2007. Meer www.sciencedaily.com

Deense bouwvakkers hebben vaker mesothelioom

03-04-2007

Onderzoekers van de Deense Vakbond voor bouwvakkers hebben een verhoogd risico op mesothelioom gevonden bij bouwvakkers. Isoleerders hebben zes keer vaker mesothelioom dan gemiddeld, loodgieters drie keer vaker en timmermannen en elektriciens twee keer zo vaak. In Denemarken is het gebruik van asbest in 1986 verboden, zeven jaar vroeger dan in Nederland. Desondanks zijn nog veel schadelijke gevolgen zichtbaar. Bron: Europees Vakbondsinstituut Hesa, 30 maart 2007. Meer hesa.etui-rehs.org

Verenigd Koninkrijk: steeds meer jaren 60 kinderen met mesothelioom

03-04-2007

Volgens de direkteur van een mesothelioomkliniek in Londen neemt het aantal 40 tot 50 jarigen met mesothelioom toe. Dat is de erfenis van de toename in asbestgebruik 30 tot 40 jaar geleden. Eind jaren 60 werd asbest volop gebruikt bij de bouw van scholen, huizen en kantoren. Bron: Daily Mail, 6 maart 2007.

Sekseverschillen bij niet-beroepsgebonden asbestslachtoffers

21-03-2007

Onder inwoners van het Australische plaatsje Wittenoom die niet in de nabijgelegen blauwe asbestmijn hebben gewerkt komt mesothelioom vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Vrouwen lijken echter gevoeliger voor de mate van blootstelling. Bron: Reid, A. et al. (2007). Age and sex differences in malignant msothelioma after residential exposure to blue asbestos (crocidolite). Chest. 131. 376-382.
Alison Reid, MSc. Geoffrey Berry, PhD. Nicholas de Klerk, MD. Janice Hansen, MPH. Jane Heyworth, PhD. Gina Ambrosini, MPH. Lin Fritschi, PhD. Nola Olsen, BApplSci. Enzo Merler, MD. and A. W. (Bill) Musk, MD

Abstract

Background: Blue asbestos was mined and milled at Wittenoom, Western Australia, from 1943 until 1966. Various public records were used to establish a cohort of residents of the nearby township. Mine tailings were distributed throughout the town.

Aims: To report the incident number of malignant mesotheliomas that have occurred in residents of the town who did not work at the mine or mill. and to determine if female subjects are more susceptible to asbestos exposure than male subjects, and if children are more susceptible than adults.

Subjects and methods: A total of 4,768 residents of the town of Wittenoom have been followed up in cancer and death registries.

Results: There were 67 cases of mesothelioma, and 64 deaths with mesothelioma to the end of 2002. The mortality rate with mesothelioma increased with increasing residence duration, time since first exposure, and estimated cumulative exposure. The mesothelioma mortality rate was consistently lower for female subjects when compared with male subjects, but the dose-response curve was steeper for female subjects. The rate was lower in those first exposed as children compared with those first exposed at > 15 years of age. The dose-response slope for asbestos exposure and mortality from mesothelioma was not different between those who were first exposed as children than those who were first exposed at > 15 years of age.

Conclusions: Former residents of a crocidolite mining town have a high rate of mesothelioma. The rate is higher in male subjects and those> 15 years of age at first exposure, but women have a steeper dose-response curve.