Geen toezicht op roken bij sloop gebouw Ground Zero

03-10-2007

Rokende medewerkers hebben bij de sloop van een Ground Zero gebouw dat vol asbest zit een brand veroorzaakt. Dit kostte het leven van twee brandweermannen. Bovendien lopen de betrokken werknemers meer risico op longkanker omdat asbest en roken elkaar versterken in de schadelijke werking. De Amerikaanse “Occupational Safety and Health Administration” verbiedt het roken op plekken waar werknemers met gevaarlijke stoffen als asbest in aanraking kunnen komen. Er is echter onvoldoende toezicht op de naleving van deze regel. Bron: The Gazette (Montreal) 2007, 28 augustus 2007.

Britse verpleegkundigen en de zorg voor mesothelioompatiënten

03-10-2007

Een artikel in het Britse blad Nursing Standard beschrijft de specifieke uitdagingen voor verpleegkundigen bij de zorg van mesothelioompatiënten, een groep waarmee zij steeds meer in aanraking komen omdat het aantal patiënten nog steeds toeneemt. Maligne mesothelioom vereist een speciale aanpak omdat de ziekte zowel medische als juridische gevolgen heeft. In het Verenigd Koninkrijk moet de ziekte bijvoorbeeld gemeld worden bij de politie. Er bestaan geen nationale richtlijnen voor de behandeling. Nursing Standard, 21, nr. 42, juni 2007, pag. 24-25.

Eternit weer aansprakelijk voor asbestafval

03-10-2007
De rechtbank van Almelo heeft op 2 oktober j.l. de voormalige asbestfabriek Eternit aansprakelijk gesteld voor het overlijden aan de ziekte mesothelioom van een 57-jarige vrouw uit Enter. De fabriek in Goor had in de periode 1961-1969 zonder waarschuwing asbestafval gratis aan omwonenden meegegeven, terwijl de gevaren van asbest in die tijd al lang bekend waren. Het waarschuwingslabel dat de fabriek op de goederen aanbracht acht de rechter te algemeen en onvoldoende. Eerder dit jaar oordeelde het Gerechtshof Arnhem hetzelfde naar aanleiding van de dood van een 62-jarige vrouw uit Arnhem. Bron: rechtspraak.nl, rechtbank Almelo, BB4632, 88384 / KG ZA 07-230, 2 oktober 2007.

Mesothelioom in Zuid Oost Engeland 1985-2002

03-10-2007
De ziekte maligne mesothelioom komt in Zuid Oost Engeland onder mannen 5 keer vaker voor dan onder vrouwen, het meest onder mannen tussen de 70 en 80 jaar. In de periode 1985-2002 is de incidentie gestegen met 4% per jaar. De ziekte komt vooral voor in gebieden waar in het verleden met asbest is gewerkt, bijvoorbeeld langs de rivier de Theems. Mensen die een gecombineerde behandeling van operatie en chemotherapie hadden gehad overleefden vaker langer dan vijf jaar dan degenen die uitsluitend &eacute.&eacute.n vorm van behandeling hadden gehad of andere combinaties van behandelingen. Bron: Mak, V. et al., (2007). The epidemiology and treatment of mesothelioma in South East England 1985-2002. Thorax online, 3 aug 2007. doi:10.1136/thx.2006.066886.
Mak, V. et al., (2007). The epidemiology and treatment of mesothelioma in South East England 1985-2002. Thorax online, 3 aug 2007. doi:10.1136/thx.2006.066886.
Abstract
Objectives
To describe trends in the incidence of mesothelioma for men and women in South East England and the geographical variation at the level of primary care trust. To describe treatment patterns by cancer network of residence, and relative survival by cancer
network, disease stage and treatment modality.
Methods
5753 cases were extracted from the Thames Cancer Registry database. We calculated age-standardised incidence rates for each year, age-specific incidence rates in 10 year age groups, and we used linear regression to compute the average annual percentage change in age-standardised incidence. We used Poisson regression to analyse generational trends in incidence.
Results
The incidence of mesothelioma was five times higher in men than in women. In men, there was an overall 4% increase per year between 1985 and 2002. Over the same period, the overall increase in incidence for women was 5% per year. The incidence was highest
in men aged over 70 years and men aged over 80 years had the highest increase of 8% per year. The incidence rate ratio increased for men born between 1892 and 1942 and started to slow for those born from 1947 onwards. Areas along the Thames and its estuary had the highest incidence. There was some variation by cancer network in the proportion of patients receiving cancer surgery, radiotherapy and chemotherapy. There were no
discernable difference in relative survival by cancer network of residence or disease stage but those receiving combined treatment had a higher 5-year survival.
Conclusions
Mesothelioma incidence has increased in South East England, particularly for men aged over 70 years. The highest incidence occurs along the Thames and its estuary reflecting areas of asbestos use in shipbuilding and industry in the past. More research is needed to understand the interrelationships of prognostic factors, treatment choices, and survival
and to determine the best care and support for these patients and their families.

Australië: vergoeding Alimta regionaal bepaald

27-09-2007

Slechts de helft van de Australische asbestslachtoffers met mesothelioom krijgt behandeling met het medicijn Alimta vergoed. Het hangt af van het gebied waarin men woont. Bron: The Advertiser, 29 augustus 2007

Pleuramesothelioom en andere tumoren

27-09-2007

In een Italiaans onderzoek werden bij 32 van 169 mesothelioompatiënten (19%) andere primaire tumoren gevonden. Bij al deze pati&euml.nten was asbestblootstelling aanwijsbaar. De onderzoekers adviseren nader onderzoek naar gemeenschappelijke oorzaken van maligne mesothelioom en bepaalde andere tumoren. Bron: Bianchi, C & T. , (2007). Malignant mesothelioma of the pleura and other malignancies in the same patient. Tumori, 93, 19-22.

Bianchi, C &amp. T. , (2007). Malignant mesothelioma of the pleura and other malignancies in the same patient. Tumori, 93, 19-22.

Aims and background: The co-existence of mesothelioma, mostly asbestos-related, and other primary malignancies has repeatedly been reported. The present study evaluated the frequency of such an occurrence. Methods: In the period October 1979-June 2002, 215 cases of malignant pleural mesothelioma were diagnosed at the Hospital of Monfalcone, Italy. All the cases of the above series, examined at necropsy (169), were included in the study. Occupational histories had been obtained from the patients or from their relatives by personal or telephone interviews. In 132 cases, asbestos bodies were isolated after chemical digestion of lung samples. The thoracic cavities were examined for pleural plaques. Results: Additional malignancies were observed in 32 cases (18.9%). Multiple tumors were synchronous in 22 cases, metachronous in 8 cases, and synchronous and metachronous in 2. Four different tumors were found in 2 cases, 3 malignancies were detected in 6 patients, and 2 malignancies in the remaining 24. The most frequent additional malignancies were prostate adenocarcinoma (7 cases), non-Hodgkin lymphoma or chronic lymphocytic leukaemia (5 cases), bladder carcinoma (4 cases), kidney carcinoma (4 cases), large bowel carcinoma (4 cases), and liver cell carcinoma (4 cases). All the patients had histories of exposure to asbestos, mostly in shipbuilding. Lung asbestos body burdens ranged between 60 and 230,000 per gram of dried tissue. Pleural plaques were found in 26 cases. Conclusions: In contrast with other series of the literature, in the present cases the co-existence of mesothelioma and other malignancies appeared as a relatively frequent event. The lack of a control group does not allow definite conclusions about the meaning of the occurrence. However, the co-existence of certain tumors with asbestos-related mesothelioma suggests that mesothelioma and associated malignancies might share some etiologic factors (asbestos and others)

Telefoonwerkers hebben iets vaker mesothelioom

27-09-2007

Uit een beknopte analyse van vier onderzoeken concluderen de epidemiologen Claudio en Tommaso Bianchi dat mensen die in het verleden als telefoonlijnwerker of technicus hebben gewerkt iets meer risico dan gemiddeld hebben op het krijgen van de ziekte mesothelioom. Zij kunnen aan asbest blootgesteld zijn tijdens het installeren van telefoonkabels op met asbest-geïsoleerde plaatsen. Een andere hypothese is dat de talkpoeder in de telefoonkabels een oorzaak kan zijn. Bron: JOEM, 49, 4, april 2007, p. 358: letters to the Editor.

Stijging aanvragen Frans asbestslachtoffervergoedingsfonds

12-09-2007

Het Franse asbestslachtofferschadevergoedingsfonds FIVA heeft in de periode tussen juni 2006 en mei 2007 22.681 aanvragen ontvangen. Dit betekent een stijging van 32% in vergelijking tot de voorafgaande periode. Meer dan drie kwart betreft aanvragen voor vergoeding wegens niet-kwaadaardige afwijkingen zoals pleurale plaques. De groep bestaat voor 94 procent uit mannen. 70 procent is tussen de 51 en 70 jaar. Meer dan de helft van de aanvragers komt uit de kustgebieden in het noord-westen. Bron: Fonds D’Indemnisation des victimes de l’amiante FIVA, augustus 2007. Meer www.fiva.fr

Canada: asbest in speelgoed

12-09-2007
Een nieuwe Canadese regulering van gevaarlijke stoffen (the Hazardous Products Act) noemt een aantal producten en situaties waarin gebruik van asbest toegestaan is. Daaronder valt ook kinderspeelgoed. Canada is één van ’s werelds grootste asbestproducenten met een export van ca. 220.000 ton asbest jaarlijks naar ontwikkelingslanden, waar het materiaal nog volop gebruikt wordt. Bron: The Toronto Star, 20 augustus 2007.

Australië: zelfde rechten voor nabestaanden asbestslachtoffers

12-09-2007
De Australische regering heeft de wet veranderd om het nabestaanden van asbestslachtoffers gemakkelijker te maken schadevergoeding toegewezen te krijgen nadat het slachtoffer is overleden. Voorheen stopte het juridische traject altijd nadat een slachtoffer overleed en vervielen daarmee eventuele rechten op schadevergoeding. Nabestaanden moesten zelfstandig een juridische procedure opstarten. Nu kunnen de nabestaanden in de rechten van het slachtoffer treden. Bron: ABC Australië, 22 augustus 2007. Meer abc.net.au.