VS: asbestziekten textielarbeiders South Carolina

19-02-2008

Er is een sterke relatie tussen de omvang van blootstelling aan chrysotiel-asbest en het risico op longkanker en asbestose. Dit is de conclusie van een analyse van de sterfte-cijfers van 3072 arbeiders die tussen 1916 en 1977 in een textielfabriek in het Amerikaanse South Carolina met deze soort asbest in aanraking waren geweest. Bron: Hein, M.J., et al. (2007). Follow-up study of chrysotile textile workers: cohort mortality and exposure-response. Occup. Environ. Med 2007.64.616-625.

Hein, M.J., et al. (2007). Follow-up study of chrysotile textile workers: cohort mortality and exposure-response. Occup. Environ. Med 2007.64.616-625.
ABSTRACT
OBJECTIVES:
This report provides an update of the mortality experience of a cohort of South Carolina asbestos textile workers.
METHODS: A cohort of 3072 workers exposed to chrysotile in a South Carolina asbestos textile plant (1916-77) was followed up for mortality through 2001. Standardised mortality ratios (SMRs) were computed using US and South Carolina mortality rates. A job exposure matrix provided calendar time dependent estimates of chrysotile exposure concentrations. Poisson regression models were fitted for lung cancer and asbestosis. Covariates considered included sex, race, age, calendar time, birth cohort and time since first exposure. Cumulative exposure lags of 5 and 10 years were considered by disregarding exposure in the most recent 5 and 10 years, respectively.
RESULTS: A majority of the cohort was deceased (64%) and 702 of the 1961 deaths occurred since the previous update. Mortality was elevated based on US referent rates for a priori causes of interest including all causes combined (SMR 1.33, 95% CI 1.28 to 1.39). all cancers (SMR 1.27, 95% CI 1.16 to 1.39). oesophageal cancer (SMR 1.87, 95% CI 1.09 to 2.99). lung cancer (SMR 1.95, 95% CI 1.68 to 2.24). ischaemic heart disease (SMR 1.20, 95% CI 1.10 to 1.32). and pneumoconiosis and other respiratory diseases (SMR 4.81, 95% CI 3.84 to 5.94). Mortality remained elevated for these causes when South Carolina referent rates were used. Three cases of mesothelioma were observed among cohort members. Exposure-response modelling for lung cancer, using a linear relative risk model, produced a slope coefficient of 0.0198 (fibre-years/ml) (standard error 0.00496), when cumulative exposure was lagged 10 years. Poisson regression modelling confirmed significant positive relations between estimated chrysotile exposure and lung cancer and asbestosis mortality observed in previous updates of this cohort.
CONCLUSIONS: This study confirms the findings from previous investigations of excess mortality from lung cancer and asbestosis and a strong exposure-response relation between estimated exposure to chrysotile and mortality from lung cancer and asbestosis.

Veel overtredingen regels bij asbestverwijdering

19-02-2008

De Arbeidsinspectie heeft de afgelopen jaren meer overtredingen van asbestregels aan het licht gebracht. Bij sloop van gebouwen en verwijdering van asbest zagen de inspecteurs in meer dan de helft van de gevallen tekortkomingen, blijkt uit de controles die in 2005 en 2006 zijn verricht. Eerder lag dit percentage op 40. Het ministerie van VROM constateerde dat gemeenten die hun sloopvergunning niet op orde hebben, meestal hun asbesttaken ook niet goed uitvoeren. Bouwverordeningen zijn niet actueel en sloopformulieren zijn niet aangepast aan de nieuwe asbestregelgeving. Bron: Ministerie SZW, persbericht 11 januari, 2008, ministerie van VROM, 31 januari 2008. Meer http://www.vrom.nl/

Gemeenten schieten tekort bij asbestverwijdering

19-02-2008

Gemeenten die hun sloopvergunning niet op orde hebben, voeren meestal hun asbesttaken ook niet goed uit. Dat blijkt uit een onderzoek van de VROM-Inspectie dat minister Cramer van Milieu aan de Tweede Kamer heeft gestuurd. Bouwverordeningen zijn niet actueel, sloopformulieren zijn niet aangepast aan de nieuwe asbestregelgeving. Bron: ministerie van VROM, 31 januari 2008. Meer http://www.vrom.nl/

Asbestwarmhoudplaatjes mogelijke oorzaak mesothelioom Goor

19-02-2008

Schipperijn denkt dat asbestwarmhoudplaatjes mogelijk de asbestblootstellingsoorzaak zijn voor gevallen van mesothelioom waarbij geen andere oorzaak gevonden is. Asbestwarmhoudplaatjes waren ruim 50 jaar geleden volop in omloop en werden soms z&oacute. intensief gebruikt dat daar centraal gaten in vielen. Niet denkbeeldig is dat daarbij asbeststof in het keukenmilieu terechtkwam. Dit als commentaar op de in Goor vastgestelde extra incidentie van pleura mesothelioom bij vrouwen, waar bij 8 van de 22 (36%) geen oorzaak kon worden vastgesteld. Bron: Schipperijn, A.J.M. (2007). Milieublootstelling aan asbest in de regio Goor vastgesteld als oorzaak van maligne pleuramesothelioom bij vrouwen. Commentaar. Ntvg, 15 december.151(50), p. 2810.

De gevaren van amosiet asbest in Zuid Afrika

15-02-2008

Amosiet asbest veroorzaakt zowel niet-kwaadaardige als kwaadaardige asbestziekten. Het is echter minder schadelijk dan het blauwe crocidoliet asbest. In Zuid Afrika zijn de meeste mijnwerkers zowel aan amosiet- als aan crocidoliet-asbest blootgesteld. Bron: Murray, J. &amp. Nelson, G., (2007). Health effects of amosite mining and milling in South Africa. Regul. Toxicol. Pharmacol. (2007), doi:10.1016/j.yrtph.2007.09.011.

Murray, J. &amp. Nelson, G., (2007). Health effects of amosite mining and milling in South Africa. Regul. Toxicol. Pharmacol. (2007), doi:10.1016/j.yrtph.2007.09.011.

This study focuses on the amosite mining region in South Africa and associated health effects, compared to other mined asbestos fiber types. Historically, dust and fiber levels were high in the amosite mills and mines, and many miners and members of the surrounding communities were exposed to the fibers. Research has shown that amosite produces both benign and malignant disease. Nevertheless, the mesotheliomagenic potential of amosite is several fold lower than crocidolite. The risk of disease associated with amosite exposure is difficult to quantify. Reasons for this include the scarcity of available information, including fiber measurements, and case ascertainment, as well as the juxtaposition of the amosite and crocidolite asbestos seams in South Africa.

Mesothelioom in de VS 1999-2002

15-02-2008

Tussen 1999 en 2002 werd de ziekte mesothelioom in de Verenigde Staten bij gemiddeld 1,11 personen op 100.000 inwoners vastgesteld. Totaal betrof dit 10.926 mensen. Het gaat vooral om oudere, blanke mannen: 75% was boven de 65 en 98% boven de 40. Het aantal mannen was vijf keer zo groot als het aantal vrouwen (79% vs. 21%) De ziekte komt in de VS ongeveer even vaak voor als leukemie en baarmoederhalskanker bij vrouwen. Internationaal vergeleken is de mesothelioomincidentie in de VS drie keer zo laag als in Australi&euml., het land met de hoogste incidentie. Bron: Larson, T., et al. (2007). Incidence and descriptive epidemiology of mesothelioma in the United States, 1999-2002. Int J Occup Environ Health. 2007 Oct-Dec.13(4):398-403.

Larson, T., et al. (2007). Incidence and descriptive epidemiology of mesothelioma in the United States, 1999-2002. Int J Occup Environ Health. 2007 Oct-Dec.13(4):398-403.
Incidence and descriptive epidemiology of mesothelioma in the United States, 1999-2002.Larson T, Melnikova N, Davis SI, Jamison P. To estimate the recent incidence of mesothelioma in the United States and characterize its descriptive epidemiology, incidence data were obtained from the National Program of Cancer Registries (NPCR) and the Surveillance, Epidemiology and End Results (SEER) Program. Age-adjusted incidence rates and 95% confidence intervals were calculated. The U.S. incidence was 1.11 cases per 100,000 persons. Most cases occurred among older, white males. However, 173 cases (&lt. 2%) occurred in persons younger than 40. The proportion of women with peritoneal mesothelioma was triple that of men (14.8% vs 5.4%). Of 40 reporting states, 11 had incidence rates significantly higher than the national rate.

Belgisch asbestfonds nog niet op volle toeren

31-01-2008

Het Belgische Asbestfonds heeft sinds haar start in april 2007 600 aanvragen voor een uitkering wegens een asbestziekte ontvangen. Inmiddels kregen in januari dit jaar 350 mensen een uitkering van 1500 euro per maand. In 250 gevallen is nog geen beslissing genomen. Volgens administrateur-generaal Jan Uytterhoeven heeft het fonds vertraging opgelopen door de late publicatie van de uitvoeringsbesluiten en doordat het lang duurde voordat de administratieve organisatie was opgezet. Bron: Knack, 16 januari 2008. Meer http://www.knack.be/

Amsterdam krijgt boete voor asbest-milieudelict

31-01-2008

De gemeente Amsterdam moet een boete van 100.000 euro betalen voor een aantal milieuovertredingen in 2001 en 2003. De gemeente pleegde de delicten op het zogeheten IKO/WTCW-gebied in Amsterdam-Oost. Bij de sloop van een boerderij op dat terrein in 2001 kwam asbest vrij. De hoofdstad gebruikte in 2003 vervuilde grond om het gebied plaatselijk op te hogen. De volksgezondheid is overigens niet in gevaar gekomen. Bron: ANP, 23 januari 2008.

Man met asbest overmeesterd op Schiphol

31-01-2008

De marechaussee op Schiphol heeft een man overmeesterd die dreigde asbest te verspreiden. De man droeg beschermende kleding en een mondkapje en had een zak met een zandachtige substantie bij zich. Een ‘arrestatiehond’ schakelde de man uit waarna hij is opgepakt. Onderzoek wees uit dat de man geen asbest bij zich had. Hij wilde aandacht vragen voor het asbestprobleem, dat volgens hem door de woningcorporaties en de politiek wordt genegeerd. Aanleiding was de vondst van asbest in zijn tuin in Buitenveldert. Bron: Trouw, 19 januari. Parool, 28 januari 2008.

Opruimactie asbest Vroomshoop zwaar overdreven

31-01-2008

Zowel longarts Sinninghe Damste als wetenschapscommentator Simon Rozendaal noemen de asbest-opruimactie in Vroomshoop zwaar overdreven. Er is, volgens de longarts, niets aan de hand als je eens een keer een asbestvezel inademt. “Het heeft geregend, het is nat, de deeltjes slaan neer en 99 procent van het asbest ben je zo kwijt via het riool.” Sinninghe Damste meent dat de asbestverharding op wegen ‘mateloos veel gevaarlijker is dan wat nu in Vroomshoop aan asbest is verspreid. Volgens Rozendaal “verwekken de meeste zogenaamd kankerverwekkende stoffen helemaal geen kanker. In potentie zijn ze weliswaar mutageen dan wel carcinogeen maar in werkelijkheid niet, bijvoorbeeld omdat de concentraties waaraan mensen worden blootgesteld, miniem zijn. En bij asbest worden allerlei vormen, gevaarlijk en ongevaarlijk, op een hoop gegooid”. Na de brand in Vroomshoop werden ogenblikkelijk drie scholen gesloten. Het autoverkeer werd omgeleid, als maanmannetjes verklede schoonmakers bezetten het dorp en de bevolking mocht zich niet op straat begeven. Bron: Tubantia/Twentsche Courant 17 januari 2008, Elsevier 19 januari 2008.