Spanje: toename asbeststerfgevallen in komende 10 jaar

16-07-2008

Naar schatting zal in Spanje het aantal mensen dat jaarlijks aan een asbestziekte overlijdt de komende 10 jaar blijven toenemen. Het zal zeker nog 40 jaar duren voordat er geen sprake meer zal zijn van asbestgerelateerde sterfgevallen. Omdat asbestziekten niet erkend worden is er sprake van onderrapportage. Dit beperkt de mogelijkheden tot preventie, aldus de directeur van het Osalan Instituut: het Baskische instituut voor veiligheid en arbeidsgerelateerde gezondheid. Bron: Eurogip infomail nr. 58, juli 2008.

Gemiddelde leeftijd mesothelioompatiënten stijgt in Engeland

25-06-2008

De gemiddelde leeftijd van mesothelioompatiënten bij diagnose lijkt toe te nemen. De conditie van deze oudere patiënten is slechter bij diagnose. Dit concluderen Chapman et al. na vergelijking van de resultaten van inwoners van de stad Leeds bij wie tussen 2002 en 2005 de diagnose mesothelioom werd gesteld met eerdere studies in Zuidoost Engeland. De patiënten uit Leeds waren gemiddeld 74 jaar oud bij diagnose en leefden daarna nog gemiddeld 8,9 maanden. Bron: Chapman, A. et al. (2008). Population-based epidemiology and prognosis of mesothelioma in Leeds, United Kingdom. Thorax online, 17 januari 2008, doi:10.1136/thx.2007.081430.

Population-based epidemiology and prognosis of mesothelioma in Leeds, United Kingdom. Thorax online, 17 januari 2008, doi:10.1136/thx.2007.081430.
Abstract

Introduction: Malignant mesothelioma is a fatal neoplasm, which is rapidly increasing in incidence throughout Western Europe. To date there have been no studies reporting upon the natural history and interventional practices on a comprehensive unselected population, as opposed to reports from referral institutions or compensation claimants. We present a population based study capturing data on all patients with mesothelioma presenting within a defined geographical area over a 4 year period in the UK.
Method: Data of all cases occurring in Leeds with a population of 750,000 were collected retrospectively from 2002 to 2003 and prospectively from 2004 through 2005. All patients&rsquo. hospital records and the trust histology database were reviewed, as well as coroner&rsquo.s reports on all patients with a post mortem diagnosis of mesothelioma.
Results: Over the 4 year study period there was a total of 146 cases in Leeds. 77% were male. Median age was 74 (range 36-93). Median survival from diagnosis was 8.9 months. 92% and 8% had a histological or a cytological confirmation respectively. 85% had documented evidence of definite or probable exposure to asbestos. 110/146 (75%) had symptomatic pleural effusions at presentation. Twice the number of patients (42 vs 17) were managed with surgical rather than bedside pleurodesis and these had a lower recurrence rate (14% vs 47%) p=0.02. 122 patients had VATS/cutting CT biopsies or chest drains. 73/122 (60%) had
prophylactic radiotherapy to these sites. There were 7 cases (5%) of tract invasion by tumour and 6 of these had received prophylactic radiotherapy. Median time to seeding was 174 days. 92/146 (63%) had a performance status of 2 or better at diagnosis but only 54/146 were considered fit for chemotherapy. Of these 28 (52%) declined chemotherapy. the overall uptake of chemotherapy or entry into a trial was 18%. No patient had radical surgery.
Conclusion: This comprehensive population based audit has shown that the median age at presentation of malignant mesothelioma is increasing and baseline performance status and survival is worse than in selected series. 37% of patients were considered suitable for palliative chemotherapy but less than 20% accepted this offer. Thorascopic pleurodesis appears to be associated with fewer recurrences. The role of prophylactic radiotherapy to chest drain and biopsy sites needs re-appraisal.

Milieu-asbestslachtoffers in mediterraanlanden en Nieuw Caledonië

25-06-2008

In de mediterraanlanden Turkije, Griekenland, Corsica en Cyprus en op het Pacific eiland Nieuw Caledonië komt relatief veel mesothelioom voor die niet aan beroepsmatige asbestblootstelling gerelateerd kan worden. De asbestsoorten tremoliet en erioniet komen er in de natuur voor. Deze asbest wordt in de huizen gebruikt bijvoorbeeld bij het witten. Bron: Constantopoulos, S.H., Environmental mesothelioma associated with tremolite asbestos: Lessons from the experiences of Turkey, Greece, Corsica, New Caledonia and CyprusRegul. Toxicol. Pharmacol. (2008), doi:10.1016/j.yrtph.2007.11.001.

Constantopoulos, S.H., Environmental mesothelioma associated with tremolite asbestos: Lessons from the experiences of Turkey, Greece, Corsica, New Caledonia and CyprusRegul. Toxicol. Pharmacol. (2008), doi:10.1016/j.yrtph.2007.11.001.
Abstract

Mediterranean regions such as Greece, Turkey, Cyprus, Corsica and New Caledonia have experienced epidemics of malignant mesothelioma as a result of non-occupational, “domestic” exposure to tremolite asbestos and fibrous erionite. This exposure to tremolite asbestos and fibrous erionite is typified “domestic” due to its prevalence in regions with natural deposits of tremolite asbestos (or fibrous erionite) where the material from tremolite asbestos or fibrous erionite is used for domestic applications such as whitewashing. However, these exposures may be useful in examining the potential consequences of even small amounts of amphibole asbestos fibers in the ambient air. It can also elucidate the effects of fibers that behave like amphibole asbestos. However, this type of exposure is not useful for studying the potential effects of small amounts of asbestos in the ambient air of big cities due to the differing nature of the fiber types and modes of exposure between the regions.

Japan: asbestafwijkingen bij 18% omwonenden fabriek

24-06-2008

Ca. 18 procent van de omwonenden van Japanse asbestverwerkende fabrieken hebben last van asbestgerelateerde aandoeningen. Dit zijn de resultaten van een onderzoek dat het Japanse ministerie van Milieu begin juni naar buiten bracht. Bron: The Yomiuri Shimbun, Engelstalig, 5 juni 2008. Meer http://www.yomiuri.co.jp/

Australië: 1 op de 10 timmermannen dood door asbest

28-04-2008

Volgens de Britse epidemioloog Peto zal &eacute.&eacute.n op de 10 Australische timmermannen, die vóó.r 1950 geboren is, aan mesothelioom overlijden. Niet alleen het bekende “blauwe” asbest (crocidoliet), maar ook “bruin”asbest (amosiet) is een belangrijke oorzaak. Volgens Peto hebben het Verenigd Koninkrijk en Australië. verhoudingsgewijs het hoogste aantal mesothelioomgevallen ter wereld, t.w. 2000 per jaar in het Verenigd Koninkrijk en 600 per jaar in Australië. Bron: The Age, 22 april 2008. Meer http://news.theage.com.au/

Meeste mesothelioomslachtoffers in het Verenigd Koninkrijk en Australië

28-04-2008

Tussen 2000 en 2050 zullen in Australië, volgens de Britse epidemioloog Peto, 30.000 mensen aan de ziekte mesothelioom overlijden. Volgens Peto zal één op de tien Australische timmermannen die vóór 1950 geboren is aan mesothelioom overlijden. Niet alleen het bekende ‘blauwe’ asbest (crocidoliet), maar ook ‘bruin’ asbest (amosiet) zijn belangrijke blootstellingsbronnen. Het Verenigd Koninkrijk en Australië oogste aantal mesothelioomsterfgevallen per jaar, respectievelijk 2000 per jaar in het Verenigd Koninkrijk en 600 in Australië. De aantallen nemen nog steeds toe. Bron: mesotheliomaweb.org, april 2008. Meer http://www.mesotheliomaweb.org/

Asbest in scholen eist tien slachtoffers

28-04-2008

Volgens het EO-radioprogramma De Ochtenden heeft asbest in schoolgebouwen de afgelopen jaren zeker tien slachtoffers geëist. Vaak gaat het om conciërges en klussende leerkrachten, die onderhoudswerk hebben verricht in gebouwen en zo met het kankerverwekkende asbest in aanraking zijn gekomen. Bron: EO, 27 maart 2008. Meer http://www.ochtenden.nl/

Canada: zes asbeststerfgevallen in êên gezin

15-04-2008

In het Canadese Winnipeg zijn in één gezin beide ouders en vier zussen aan asbestziekten overleden. Het gezin woonde aan het meer van Winnipeg in een huis dat geïsoleerd was met Zonoliet. Zonoliet is isolatie-materiaal dat van vermiculiet-asbest gemaakt is. Vermiculiet werd in de vorige eeuw in het Amerikaanse Libby in de staat Montana gewonnen. Bron: The Calgary Herald, 29 maart 2008. Meer http://www.canada.com/calgaryherald/

Japan: asbestziekte bij 45 omwonenden fabriek

15-04-2008

In een omgeving van een fabriek van de voormalige isoleerder en asbestverwerker Miyadera zijn 45 mensen gevonden met een asbestgerelateerde ziekte, allen tussen de 50 en 90 jaar. De groep bestaat uit 3 ex-werknemers, 29 familieleden of kennissen van werknemers, 3 mensen die als kind op het terrein van de fabriek hadden gespeeld en 10 mensen die nooit in of bij de fabriek waren geweest. Bron: The Yomiuri Shimbun, Engelstalig, 31 maart 2008.

VK: helft werkgerelateerde kankersterfgevallen door asbest

25-03-2008

Asbest is verantwoordelijk voor de helft van de werkgerelateerde kankersterfgevallen in het Verenigd Koninkrijk in 2004. Het gaat om, naar schatting, 3300 mannen en 540 vrouwen in dat jaar, waarvan de helft aan longkanker en de andere helft aan mesothelioom overleed. Bron: Rushton, L., et al. (2008). The Burden of Cancer at Work: Estimation as the first step to prevention. Occup. Environ. Med. published online 31 Jan 2008. doi:10.1136/oem.2007.037002.

Rushton, L., et al. (2008). The Burden of Cancer at Work: Estimation as the first step to prevention. Occup. Environ. Med. published online 31 Jan 2008. doi:10.1136/oem.2007.037002.
ABSTRACT
Objectives:
Work-related cancers are largely preventable. The overall aim of this project is to estimate the current burden of cancer in Great Britain attributable to occupational factors and identify carcinogenic agents, industries and occupations for targeting risk prevention.
Methods: Attributable fractions and numbers were estimated for mortality and incidence for bladder, lung, non-melanoma skin, and sinonasal cancers, leukaemia and mesothelioma for agents and occupations classified as IARC group 1 and 2A carcinogens with “strong” or “suggestive” evidence for carcinogenicity at the specific cancer site in humans. Risk estimates were obtained from published literature and national data sources used for estimating proportions exposed.
Results: In 2004, 78237 men and 71666 women died from cancer in Great Britain. Of these, 7317 (4.9%) deaths (men: 6259 (8%). women: 1058 (1.5%)) were estimated to be attributable to work-related carcinogens for the 6 cancers assessed. Incidence estimates were 13338 (4.0%) registrations (men: 11284 (6.7%). women 2054 (1.2%)). Asbestos contributed over half the occupational attributable deaths, followed by silica, diesel engine exhaust, radon, work as a painter, mineral oils in metal workers and in the printing industry, environmental tobacco smoke (non-smokers), work as a welder and dioxins. Occupational exposure to solar radiation, mineral oils and coal tars/pitches contributed 2557, 1867 and 550 skin cancer registrations respectively. Industries/occupations with large numbers of deaths and/or registrations include construction, metal working, personal and household services, mining (not metals), land transport and services allied to transport, roofing, road repair/construction, printing, farming, the Armed Forces, some other service industry sectors and manufacture of transport equipment, fabricated metal products, machinery, non-ferrous metals and metal products, and chemicals.
Conclusions: Estimates for all but leukaemia are greater than those currently used in UK health and safety strategy planning and contrast with small numbers (200-240 annually) from occupational accidents. Sources of uncertainty in the estimates arise principally from approximate data and methodological issues. On balance, the estimates are likely to be a conservative estimate of the true risk. Long latency means that past high exposures will continue to give substantial numbers in the near future. Although levels of many exposures have reduced, recent measurements of others, such as wood dust and respirable quartz, show continuing high levels.