Kamervragen asbestsanering woningen Louwershoek

01-04-2014

Begin januari werden in het wooncomplex Louwershoek in Amsterdam asbestsaneringswerkzaamheden stilgelegd, omdat deze op onzorgvuldige wijze werden verricht. In antwoord op SP-kamervragen meldt minister Blok (Wonen) dat de noodzaak tot het (tijdelijk) verhuizen van bewoners een beslissing is die van geval tot geval op lokaal niveau moet worden genomen door de verhuurder of eigenaar. Dit in overleg met de gemeente. De GGD kan hier een adviserende rol in vervullen. De minister kan dit niet beoordelen in specifieke omstandigheden. De verhuurder of eigenaar is verder verantwoordelijk voor het contact met bewoners over het proces. Naar aanleiding van recent verkregen informatie start de Inspectie SZW nader onderzoek naar de gang van zaken bij de asbestsaneringen in het wooncomplex. Bron: rijksoverheid.nl, 26 maart 2014.

Nieuwe kijk op verjaring door Europees Hof

26-03-2014

In een voorlopig arrest oordeelt het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in de zaak Moor/Zwitserland dat de verjaringstermijn van 10 jaar die Zwitserland bij mesothelioomclaims aanhoudt, verhindert dat slachtoffers hun recht kunnen halen. Dit omdat zij niet konden weten dat zij ziek zouden worden. De vraag is welke gevolgen een en ander voor de Nederlandse situatie zou kunnen hebben. De verjaringstermijn is in Nederland 30 jaar. Bron: EHRM, 11 maart 2014.

Bouwbedrijf aansprakelijk voor korte blootstelling werknemer jaren 70

26-03-2014

In hoger beroep oordeelt het Hof Den Bosch een bouwbedrijf aansprakelijk voor de ziekte mesothelioom bij een werknemer die in 1977/78 gedurende 4 a 5 uur onbeschermd chrysotiel (wit) asbesthoudende golfplaten had gezaagd. Voor het ontstaan van mesothelioom is, anders dan voor asbestose, niet nodig dat er sprake is van een langdurige blootstelling aan de inademing van asbeststof. Ten tijde van de blootstelling stond het risico van chrysotiel (wit) asbest nog ter discussie. Daarom treft het bouwbedrijf geen verwijt dat zij geen specifieke maatregelen had getroffen die erop gericht waren om door wit asbest veroorzaakte gezondheidsschade te voorkomen.Uitgangspunt is echter dan dat het bouwbedrijf destijds niet wist, noch behoorde te weten, dat de onderhavige platen slechts wit asbest bevatten, dat de geringste inademing daarvan mesothelioom kon veroorzaken en ook niet wist dat het risico van asbestose/longkanker in casu niet speelde. Het bouwbedrijf wist echter wel dat met asbestcementplaten werd gewerkt en wist ook, althans had destijds behoren te weten, dat inademing van asbestvezels tot asbestose/longkanker kan leiden. Bron: rechtspraak.nl; Hof Den Bosch, 11 maart 2014, zaaknr. HD 200.042.868-01.

Latentietijd bij mesothelioom

26-03-2014

Frost concludeerde in 2013 dat er onvoldoende bewijs is dat een relatief hoge mate van asbestblootstelling tot gevolg heeft dat het korter duurt voordat de ziekte mesothelioom zich manifesteert. Mirabelli & Zugna stellen in een commentaar vraagtekens bij de analyse van Frost. Bron: Frost, G. (2013), Mirabelli, D. & Zugna, D. (2014).

350.000 euro lening voor onderzoek naar mesothelioom

26-03-2014

Farmaceut Amphera krijgt van Red Medtech Ventures (RMTV) een lening van 350.000 euro voor onderzoek naar de behandeling van mesothelioom. Red Medtech Ventures (RMTV) is een consortium van universiteiten, hogescholen, ziekenhuizen en bedrijven dat zal bijdragen aan zowel de werkgelegenheid als aan de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten in de gezondheidszorg. Bron: Medicalfacts, 13 maart 2014.

Vergelijking asbest en mesothelioom in Groot Brittannie en Nederland

26-03-2014

Naar schatting heeft Groot Brittannie in totaal 7 miljoen ton asbestvezels verbruikt, Nederland 1 miljoen ton. Verdeeld over de soorten ging het in beide landen over ca. 2% crocidoliet (blauw), 8% amosiet (bruin) en 90% chrysotiel (wit). Ten gevolge hiervan zijn in de eerste 10 jaar van deze eeuw in Groot Brittannie 22.471 mensen aan mesothelioom overleden, in Nederland 4.663. Bron: British Asbestos Newsletter winter 13-14, Harmsma, 2006, IAS Jaarverslag 2012.

1 op 10 asbestsaneerders houdt zich niet aan de regels

25-03-2014

Nog altijd gaat er veel te veel mis bij het verwijderen van asbest. Ondanks allerlei maatregelen. Het verwijderen van asbest gebeurt nog te vaak ondeskundig en bovendien onveilig. Dat blijkt uit gesprekken die de NOS heeft gevoerd met allerlei mensen in de branche. Asbestsaneerders zijn zeer terughoudend om openlijk over de misstanden te praten, omdat ze bang zijn daarop afgerekend te worden. Bron: nos.nl, 14 maart 2014.

90.000 euro boete voor malafide asbestsaneerder

25-03-2014

De Inspectie SZW heeft aan een bedrijf uit Zuid Holland een boete opgelegd van 90.000 euro voor malafide verwijdering van asbesthoudende materialen uit een kantoorpand in Rotterdam. Een bedrijf gespecialiseerd in brandpreventie was aan het werk is in een – deels bewoond- kantoorpand. Er werden luchtkanalen verwijderd en er wordt brandwerende coating aangebracht. De inspecteurs constateerden dat er her en der asbesthoudend koord verspreid lag en legden vervolgens het werk onmiddellijk stil. De eigenaar van het pand heeft op bevel van de Inspectie SZW een besmettingsonderzoek laten uitvoeren en alsnog een inventarisatierapport laten opstellen. De asbestsanering moet in opdracht van de gebouweigenaar eerst door een gecertificeerd bedrijf worden uitgevoerd voordat andere werkzaamheden weer voortgezet mogen worden. Bron: rijksoverheid.nl, 17 maart 2014.

Frankrijk: oorzaken mesothelioom

25-03-2014

Lacourt analyseerde de asbestblootstellingsoorzaken bij 362 mannen en 75 vrouwen die tussen 1998 en 2002 mesothelioom hadden gekregen. Bij respectievelijk 87% van de mannen en 35% van de vrouwen werd een relatie met asbest gevonden. Minder dan de helft van de gevallen van pleuraal mesothelioom (longvlieskanker) bij vrouwen was beroepsgerelateerd. Bron: Lacourt, A. e.a. (2014).

Toename Ierse mesothelioomincidentie

25-03-2014

In 15 jaar tijd is het aantal mensen dat in Ierland jaarlijks mesothelioom krijgt met 45% gestegen, van 4,98 per miljoen inwoners naar 7,24. In totaal gaat het over de periode 1994-2009 om 330 mensen, waarvan 88% mannen die in specifieke asbestrisicoberoepen hadden gewerkt als: bouwvakker, houtwerker, machinebankwerker, grondwerker, mijnwerker of in landbouw, visserij of bosbouw. Bron: Jennings, C.J. e.a. (2014).