Vishandelaren in Harderwijk stellen vraagtekens bij de nieuwe methode van asbestsanering die in de omgeving van de voormalige Asbestona fabriek wordt toegepast. De gemeente koos voor een alternatieve saneringstechniek, het onderzuigen, omdat het te duur is om de verwijderde asbest op transport te zetten richting Barneveld om het materiaal daar in een verbrandingsoven te proppen. Onder de nog te bouwen woningen in het Waterfront ontstaat op deze wijze een schone leeflaag van twee meter. Dat houdt in dat bewoners een gat van twee meter diep kunnen graven zonder dat zij stuiten op verontreinigde bodemresten. Voor de gronden onder het water gelden minder strenge eisen. De gemeente en de wet nemen genoegen met een leeflaag van een halve meter. Reden daarvoor is de ogenschijnlijke wetmatigheid dat asbest in het water geen gevaar vormt. Vishandelaren vrezen dat de paling die in de toekomst uit de Randmeren wordt gevist, onder de asbest zal zitten. Met alle mogelijke gevolgen van dien voor de persoon die zo’n paling naar binnen werkt. Bron: de Stentor, 16 juli 2012.