Aierken constateert bij ratten een hoog risico op mesothelioom na blootstelling aan tremoliet asbest en een laag risico na blootstelling aan anthophyliet asbest. Lippmann concludeert op basis van een literatuurstudie dat biologisch persistente (oplosbare) asbestvezels die dunner zijn dan 0,1 um (micrometer) en langer dan 5 um mesothelioom en pleurale plaques kunnen veroorzaken. Bij longkanker en longfibrose gaat dit om vezels die langer zijn dan 20 um. Alle amfibool asbest- en erionietvezels zijn voldoende biopersistent om ziek te kunnen maken. Chrysotielvezels zijn minder persistent. Bron: Aierken, D. e.a. (2014), Lippmann, M. (2014).