Het IAS bereikt 84% van de mensen met mesothelioom

In 2022 meldt 84 procent van alle mensen met mesothelioom zich bij het IAS. Dat blijkt uit een geactualiseerde vergelijking van aanmeldingen bij het IAS met de gegevens van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) over de mensen die jaarlijks de diagnose mesothelioom krijgen.

In 2007 meldde 68% van de patiënten zich. Sinds 2009 ligt dat percentage boven de 80%. De grafiek hieronder geeft een overzicht van de percentages in 2022. De grafiek daarna schetst de ontwikkeling sinds 2007. Hierbij wordt uitgesplitst naar verschillende groepen patiënten.

Met name mensen met een slechte prognose melden zich minder vaak aan bij het IAS. In mindere mate geldt dit ook mensen met buikvliesmesothelioom, vrouwen en oudere patiënten (boven de 80 jaar). Mogelijke verklaringen hiervoor zijn:
•  Als de ziekte zich in een terminale fase bevindt is de aanmeldprocedure te belastend. Patiënten met een slechte prognose slagen er niet in om een aanvraag bij het IAS in te dienen. Bijna een kwart van de mesothelioompatiënten overlijdt binnen drie maanden na diagnose.
• Ouderen hebben in het algemeen een slechtere prognose en zijn daarom minder vaak in de gelegenheid een aanvraag in te dienen.
Vrouwen worden mogelijk minder vaak als asbestslachtoffer herkend, omdat zij in het algemeen niet met asbest hebben gewerkt.
• De diagnose van het buikvliesmesothelioom behoort tot het vakgebied van de interne geneeskunde. Mensen met buikvliesmesothelioom presenteren zich met buikklachten bij de huisarts en net naar de aard van de klachten stuurt de huisarts door naar de internist, de chirurg, gynaecoloog, of maag-darm- leverarts en soms naar de uroloog. Helaas zijn deze medisch specialisten minder goed op de hoogte van de mogelijkheden van het IAS dan de longartsen die het longvliesmesothelioom behandelen. Het IAS voorziet internisten al enkele jaren van informatie waardoor deze beroepsgroep beter asbestslachtoffers kan attenderen op de mogelijkheden van het IAS.|

Simone Aarendonk
Beleidsmedewerker
s.aarendonk@ias.nl
Januari 2025