Aandacht voor snel overlijden asbestslachtoffers

“Mijn vader werd in het ziekenhuis opgenomen met acute longklachten. Anderhalve dag erna was hij overleden. Later werd vastgesteld dat het asbestkanker was. Het is allemaal zo snel gegaan.”
Deze verzuchting komt van een dochter van een asbestslachtoffer. Het verloop van een asbestziekte is altijd pijnlijk en diep treurig. Maar wanneer het slachtoffer zo snel overlijdt is dat wellicht nog een overtreffende trap in droefenis.

Mesothelioompatiënten met een slechte prognose melden zich minder vaak bij het IAS (NKR/IAS)

Extra triest is het dat deze asbestslachtoffers niet in aanmerking komen voor een tegemoetkoming van de overheid. De regelingen waarin het recht op een tegemoetkoming voor asbestslachtoffers is vastgelegd, schrijven voor dat een aanmelding bij het Instituut Asbestslachtoffer (IAS) moet worden gedaan bij leven. Het gaat immers om een blijk van erkenning aan het asbestslachtoffer zelf. Het is niet precies bekend hoe vaak het voorkomt dat een asbestslachtoffer overlijdt voordat hij of zij zich kon aanmelden bij het IAS. Uit een vergelijking met de cijfers van de Nederlandse Kankerregistratie kan worden opgemaakt dat het per jaar om ca. twintig tot dertig slachtoffers gaat.

Hardvochtig
Recent is de aandacht gevestigd op het snel overlijden van asbestslachtoffers. De reden hiervoor is de toeslagenaffaire. Deze heeft ertoe geleid dat de Tweede Kamer heeft gevraagd om een inventarisatie van onbedoeld hardvochtige effecten van overheidsregelingen. De Kamerbrief hierover is november vorig jaar naar de Tweede Kamer gestuurd.
In deze brief wordt gesteld dat het niet in aanmerking komen voor de tegemoetkoming voor asbestslachtoffers ‘in combinatie met het overlijden van een dierbare, door betrokkenen (kan) worden ervaren als een traumatische gebeurtenis’. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) stelt voor om in samenspraak met de SVB en het IAS te bezien of de regeling kan worden aangepast zodat in deze situatie tóch een tegemoetkoming kan worden verstrekt.
Binnen het IAS heeft de Raad van Toezicht en Advies (RTA) verschillende keren gesproken over deze problematiek. In deze raad zijn alle maatschappelijke organisaties die betrokken zijn bij asbestschade vertegenwoordigd. De organisaties zijn blij met de wens van de minister. Men kan zich vinden in het streven om deze hardvochtigheid uit de wereld te helpen.

Termijn
Vervolgens is het dan nog best lastig om een voorstel te doen dat erin voorziet dat asbestslachtoffers na snel overlijden in aanmerking komen voor een tegemoetkoming, zonder dat andere ongewenste effecten optreden. De tegemoetkoming blijft namelijk wel bedoeld voor asbestslachtoffers en niet voor hun nabestaanden. Moet er dan een termijn komen na het overlijden van het slachtoffer dat een nabestaande in naam van het slachtoffer een aanvraag kan indienen? En hoe lang moet deze termijn zijn? Binnen enkele weken zal de RTA een voorstel sturen aan de minister van SZW met hoe de regeling kan worden aangepast.

Het is nog even wachten voordat een verandering van de regeling daadwerkelijk zal zijn ingevoerd. Toch kunnen we spreken van een gunstige ontwikkeling. Hoewel de toeslagenaffaire veel ellende heeft veroorzaakt, is het een hoopvol teken dat hier ook lering uit wordt getrokken. Uiteindelijk kan dit leiden tot positieve effecten voor asbestslachtoffers en hun nabestaanden.

Jan Warning
Directeur IAS en ISBG
jan.warning@ias.nl
Juli 2023